Zeepzieder

zeepziedenZeep werd eeuwenlang met de hand gemaakt uit zowel dierlijke als plantaardige vetten. Denk hierbij aan boter, levertraan of reuzel. Maar ook aan lijnolie, hennepolie of raapolie. Het vet werd in een grote koperen ketel gekookt met loog, waardoor het vet verzeepte. Dit was het zogenaamde ‘zieden’ (koken). Het mengsel moest goed geroerd worden teneinde een homogene massa te verkrijgen. Bij afkoeling dikte de massa in en werd binnen enkele dagen een zachte zeep verkregen.
In Delft bevond zich aan de Voorstraat en in de Molenstraat een zeepziederij. Reeds in 1693 bestond dit bedrijf onder de naam ‘Het vergulde Hoefijser met drie Kruijsen’. Een eeuw later (in 1798) kwam het bedrijf in handen van Isaac Bousquet. Het bedrijf legde zich toe op de productie van luxe soorten, maar ook scheerzeep en teerzeep. Tot 2003 werd in het bedrijf zeep geproduceerd. De oudste opstallen (pakhuizen in de Molenstraat) dateren nog uit de zestiende eeuw.
Maar er woonden en werkten meer zeepzieders in Delft zoals bijvoorbeeld Jacob de zeepzieder, Dirck Jacobsz (die aan de Koornmarkt woonde) en Corstiaen Jorisz van der Houve (allen rond 1600). Maar ook Cornelis Arentsz Kivid die in 1582 huwde met Katharine Lievensdr van de Waele.

 

 

 

 

Bron: http://www.wikidelft.nl

Translate »